Untitled
Luc Swinnen

Luc Swinnen

Stressarts

Het Impostor Syndroom

Vroeger werd het gezien als een persoonlijkheidstrek. Maar momenteel wordt het beschouwd als een reactie op een te veeleisende omgeving. Het “Impostorsyndroom” kan een teken zijn dat men dicht bij een burn-out staat.

Heb je het gevoel dat je het succes dat je hebt bereikt, niet verdient?

  • Heb je het gevoel dat de beloningen die je krijgt voor je vele inspanningen niet hebt verdiend?
  • Denk je dat mensen je zullen “ontmaskeren” en zien dat je niet zo slim bent als ze wel denken?
  • Denk je dat succes aan verstand of toeval te wijten is?
  • Geef je graag complimenten en kun je complimenten aanvaarden?
  • Vind je jouw prestaties niet de moeite waard?
  • Denk je weleens dat je op weg bent naar een burn-out?

Het “Oplichterssyndroom” of “Impostorsyndroom” wordt niet beschouwd als een psychische aandoening. Vroeger werd het gezien als een persoonlijkheidstrek. Maar momenteel wordt het beschouwd als een reactie op een te veeleisende omgeving. Het “Impostorsyndroom” kan een teken zijn dat men dicht bij een burn-out staat. Het komt veel voor bij mensen die zeer hard werken en denken dat ze niet over voldoende vaardigheden beschikken om hun werk aan te kunnen. En daarom werken ze veel uren, dag en nacht en slapen ze zeer weinig. Ze piekeren veel, twijfelen aan zichzelf en kennen veel angst of agressie.

Hun harde werk leidt vaak tot meer succes, maar dat kan bij deze mensen een angst om “door de mand te vallen” in stand houden. Want ze hebben soms te weinig zelfvertrouwen en denken dat hun succes enkel te danken is aan het dag- en nacht werken. De impostors denken dan wellicht dat ze twee of drie keer zo hard moeten werken, en bereiden zich daarom extra goed voor. Ze willen alles perfect doen en vrezen heel erg om fouten te maken. Ze maken zich zorgen over details. Dit kan leiden tot een burn-out en slaapgebrek.

Deze mensen voelen zich soms echte bedriegers. Iedereen looft en prijst hen maar zijzelf denken dat ze niet voldoen aan de eisen van hun klanten of hun werkgever. Daarom zijn ze perfectionistisch en durven ze geen opdrachten te weigeren. Ze willen hun grenzen niet kennen. Ze denken dat hun succes te wijten is aan geluk en hard werken, niet aan deskundigheid.

Psychologen schatten dat twee van de vijf succesvolle mensen zichzelf als bedrieger beschouwen. De aandoening komt meer voor bij vrouwen dan bij mannen. Mensen zijn onzeker en hebben dan een laag zelfbeeld. Ze denken dat ze hun succes niet verdienen. Andere studies vonden dat zeventig procent van alle mensen zich op enig moment een oplichter voelen. Ze vinden dat er een overdreven achting bestaat voor hun prestaties maar dat ze vroeg of laat ontmaskerd zullen worden. Een ver doorgedreven cognitieve gedragstherapie is aangewezen. Mensen moeten kunnen aanvaarden dat hun succes aan hun aanhoudende inspanningen te wijten is en niet aan toeval.

Toch weet men nog niet goed waarom bepaalde mensen plots beginnen te twijfelen aan zichzelf. Rationeel weten talentvolle mensen wel dat ze capabel zijn maar toch komt die twijfel geleidelijk aan opzetten. En die twijfel is dan de oorzaak van allerhande kwalen, slaapproblemen, angst of agressie, en vergeetachtigheid. Mensen met dit “impostor syndroom” verstoppen zich meer en meer en durven niet meer opkomen voor hun mening. Er is een stemmetje in henzelf dat steeds maar blijft fluisteren dat ze in feite bedriegers zijn. Daarom durven ze ook geen opslag of promotie vragen op hun werk. Deze mensen bagatelliseren hun successen. Geleidelijk vinden ze zichzelf maar mislukkelingen. En daarom werken ze steeds meer. Het syndroom wordt niet beschouwd als een psychiatrische stoornis en komt niet voor in de DSM.

Deze mensen zijn goed op weg een burn-out te ontwikkelen maar kunnen met gedragstherapie nog goed geholpen worden. En ze kunnen leren dat hun successen aan henzelf te danken zijn, dat ze geen bedriegers zijn maar wel goed, hardwerkende mensen. Dergelijk leerproces kost echter heel veel tijd en inspanning.

Albert Einstein heeft wellicht aan het eind van zijn leven aan het syndroom geleden: een maand voor zijn dood vertrouwde hij een vriend toe dat de achting voor zijn levenswerk niet verdiend was. Hij vond zich een bedrieger. Dus zelfs Einstein voelde zich op het einde van zijn leven een ontoereikende en incompetente mislukkeling, ondanks zijn grote betekenis voor de wetenschap.

Volgende types hebben meer risico dergelijk syndroom te ontwikkelen:

  1. DE PERFECTIONIST

Perfectionisme en bedriegersyndroom gaan vaak hand in hand. Perfectionisten stellen te hoge eisen aan zichzelf. Wanneer ze er niet in slagen om een ​​doel te bereiken maken ze zich zorgen en voelen ze zich niet competent.

Heeft u veel moeite met delegeren?

Heb je het gevoel dat je werk 100% perfect moet zijn, 100% van de tijd?

Voor dit type is succes zelden bevredigend omdat ze denken dat ze het nog beter hadden kunnen doen. Maar dat is niet productief en ook niet gezond. Het genieten van prestaties is essentieel als je burn-out wilt voorkomen.

Dwing jezelf om het project dat je al maanden aan het plannen bent te starten. De waarheid is dat er nooit een ’perfecte tijd’ zal zijn en dat je werk nooit 100% foutloos zal zijn. Hoe eerder je dat kunt accepteren, hoe beter je je zult voelen.

  1. DE WORKAHOLIC

Blijf je later op kantoor dan de rest van je team?
Krijgt je stress als je niet werkt
Vindt je downtime tijdverlies?
Heb je hobby’s en passies laten vallen?
Heb je onvoldoende tijd voor je dierbaren?

Een goede leidraad is de 80/20 regel van Pareto. En vergelijk je nooit met anderen.

  1. DE EXPERT

Ben je constant op zoek naar trainingen of certificeringen omdat je denkt dat je je vaardigheden moet verbeteren om te slagen? In ken mensen die al jaren bezig zijn opleidingen te volgen omdat ze maar niet durven actie te ondernemen. Ze hebben nooit het gevoel genoeg te weten.

Het is waar dat er altijd meer te leren valt. Het streven om je vaardigheden te vergroten, kan je zeker helpen professioneel vooruitgang te maken. Maar eindeloos meer informatie opzoeken kan een vorm van uitstelgedrag zijn.

Je moet niet alles weten. Dat kan niet. Er zijn studies die dat 70% van de mensen op een gegeven moment in hun carrière het impostorsyndroom ervaart.

ENKELE TIPS
Soms kun je ook het gevoel hebben dat je niet in een groep past. Dan ben je geen bedrieger maar misschien zijn je opvattingen en aanpak wel erg verschillend van de groep. Een goed gesprek kan wonderen doen. En je hoeft je daarom niet zomaar aan te passen.

Perfectionisme kan duiden op een gezonde drang om ui te blinken. Maar beperk dat tot de zaken die echt het verschil maken. De kunst is om niet geobsedeerd te zijn door perfectie. Hou je niet bezig ook kleine routinematige zaken perfect te willen doen. De minimis non curat praetor.

Henry Ford zei ooit: “Falen is alleen de mogelijkheid om intelligenter opnieuw te beginnen.” En Thomas Alva Edison: “Ik heb niet gefaald. Ik heb enkel 10.000 manieren gevonden die niet werkten.”
Elk genie maakt dus fouten. Je moet niet op alles een antwoord weten en je mag gerust om hulp vragen. Dat is niets om je over te schamen. Onze grootste zwakheid ligt in opgeven en op de vlucht gaan. De meeste zekere manier om te slagen is om het nog een keer te proberen (Edison).

Visualiseer succes. Doe wat professionele atleten doen. Breng geen doemscenario’s in beeld. En neem soms risico’s als het enigszins kan.

Deel deze pagina

Deze website gebruikt cookies om een optimale gebruikerservaring op de website te garanderen. Lees meer